PERLAS PLAN
Nieuwsflits 1e kwartaal 2023
Macro-economie en verwachtingen
Dat er pieken en dalen aanwezig waren kunnen we wel stellen. Het jaar begon goed. Na een succesvolle ‘December Rally’ volgde een minstens zo’n succesvol ‘January Effect’, zorgend voor groene cijfers op de beurs. De positieve cijfers werden met name veroorzaakt door de optimistische berichten over dalende inflatie. In december is de inflatie afgenomen van 7,1% naar 6,5%. Daarnaast zijn de prijsstijgingen van voedsel en energie duidelijk afgezwakt en was het alweer de zesde maand op rij dat de CPI omlaag ging. Ook op de Amerikaanse markt was er sprake van volop goed nieuws. De Amerikaanse economie groeide in het vierde kwartaal van 2022 met 2,9%, wat aanzienlijk sneller is dan waar economen in eerste instantie op rekenden. De toename van het aantal nieuwe werklozen was bovendien het kleinst sinds april. Deze signalen werden positief ontvangen door beleggers. Het leek er immers op dat dit een nieuwe aanwijzing was dat de economie zich aan het herstellen is, terwijl de inflatie geleidelijk onder controle komt. Dit wordt ook wel een ‘zachte landing’ genoemd.
Toch was het niet alleen maar positief wat de klok sloeg het afgelopen kwartaal. In februari begonnen de eerste barstjes zich te vertonen toen bleek dat de inflatie toch wat plakkeriger was dan in eerste instantie gedacht.
Het aantal nieuwe banen in januari was meer dan dubbel zo veel als wat economen verwacht hadden. De Amerikaanse werkloosheid daalde dan ook tot slechts 3,4%. De zeer krappe arbeidsmarkt kan ertoe lijden dat bedrijven meer loon moeten betalen om werknemers te houden of aan te trekken. Dit voedt de vrees voor een loonprijs-spiraal, wat centrale bankiers ten allen tijden willen voorkomen.
De ontwikkelingen in de markt zorgen voor onrust in de bankensector, met als gevolg dat de Federal Reserve wat terughoudender wordt in het rentebeleid. In maart ging de beleidsrente met een kwart procent omhoog, terwijl de verwachting op een half procent lag.
Woelige baren
Maart roert zijn staart. Niet alleen als we uit het raam kijken, maar ook als we naar de beurs kijken. Maart was een intensieve maand voor de financiële markt. Met het omvallen van de Silicon Valley Bank en de Standard Bank in de Verenigde Staten was de toon gezet. Toen vervolgens ook de Zwitserse bank Credit Suisse begon te wankelen en moest worden overgenomen door UBS, namen de zorgen in de financiële sector toe.
Gelukkig kon het grootste deel van deze zorgen binnen enkele dagen al worden weggenomen. Vooral het daadkrachtige optreden van de Federal Reserve na het faillissement van de SVB zorgde ervoor dat ‘besmettingsrisico’ voorkomen kon worden. Alle rekeninghouders werden namelijk volledig en onmiddellijk gecompenseerd, ook als het vermogen meer dan 250.000 USD was en niet onder het depositogarantiestelsel viel. Dit voorkwam een bankrun bij andere banken die er minder goed voor zouden staan. De oprekking van het depositogarantiestelsel geldt daarnaast niet alleen voor de SVB, maar tijdelijk voor alle kleine en middelgrote banken in de Verenigde Staten om verdere onrust te verhoeden.
Ook de Zwitserse centrale bank kwam snel in actie toen bekend werd dat Credit Suisse niet langer gesteund zou worden met een kapitaalinjectie van de Saudische Nationale Bank.
Credit Suisse kreeg in eerste instantie een noodkrediet van omgerekend € 50 miljard. Toen bleek dat dit niet toereikend genoeg was om de kapitaalstroom te stoppen, heeft de centrale bank de overname door UBS georkestreerd. De doortastende maatregelen van de Zwitserse centrale bank brachten ook de Europese bankensector weer tot rust.
Vooruitzichten
Ondanks dat de maand maart turbulent was, lijkt een ‘harde landing’ met een recessie in de Verenigde Staten nog steeds vermeden te kunnen worden. Hoewel verschillende sectoren een moeilijke periode doormaken of hebben doorgemaakt, wisselen zij elkaar wel af.
Het zwaartepunt van de problemen schuift hierdoor telkens door naar een andere sector, waardoor niet alle sectoren tegelijkertijd in de problemen komen en wij nog altijd rekening houden met een ‘rollende recessie’. Een echte recessie kan hierdoor voorkomen worden.
Vanuit deze visie ontstaan er voor ons mooie kansen door de sterke wisselingen in het sentiment op de financiële markten. Het Amerikaanse bedrijfsleven doet namelijk nog altijd goede zaken. Maar liefst 69% van de ondernemingen uit de S&P 500 Index maakte in het vierde kwartaal meer winst dan waar analisten op hadden gerekend. Daarnaast delen de ondernemingen de hoge winsten steeds meer met hun aandeelhouders. Dividenden en aandelenkoop leggen zo enigszins een bodem onder de Amerikaanse beurskoersen.
Daarnaast zorgt het huidige klimaat ervoor dat aandelen met een lage of normale waardering een streepje voor hebben op dure groeiaandelen.
Naast het feit dat ondernemingen in dit laatste segment in verhouding minder winst boeken, hebben deze ondernemingen ook meer last van de hoge rente.
Hoewel centrale banken momenteel een pas op de plaats maken met de (korte) beleidsrente, is de verwachting dat met name de (lange) kapitaalrente gaat oplopen.
Met onze obligatiefondsen kunnen we dit jaar dan ook het verschil maken door te anticiperen op de afwijkende richting die obligaties met een kortere en langere looptijd gaan kiezen. Door de rentestijging van 2022 heeft onze obligatie portefeuille nu aantrekkelijke aanvangsrente vergoedingen van 4% tot 7%.
Het actieve beheer van Perlas
Hoewel de beursperikelen van de afgelopen maanden voor menig belegger als uitdagend kunnen worden ervaren, zijn het juist dit soort momenten waarop de toegevoegde waarde van Perlas naar voren komt. Als belegger kun je ervoor kiezen een buy & hold strategie aan te houden, waarmee je meedeint op de golfbewegingen van de markt. Wanneer het goed gaat werpt deze strategie ook zeker haar vruchten af, maar wanneer het slechter gaat met de markt is dit direct terug te zien in de portefeuille. Bij Perlas kiezen wij ervoor een actieve beleggingsstrategie aan te houden, waarbij wij de golfbewegingen juist voor ons laten werken en daardoor extra waarde kunnen toevoegen aan het marktgemiddelde. Wij bepalen onze positie dan ook op basis van macro-economische ontwikkelingen.
Daarnaast bouwen wij een bescherming in tegen neerwaarts risico én spelen wij met verschillende strategieën heel gericht in op kansen binnen bepaalde segmenten van de aandelenmarkten.
Inflatie of bankencrisis?
Niet alleen beleggers stonden de afgelopen maanden voor uitdagingen, ook centrale bankiers kregen te maken met een tweestrijd. Het belangrijkste focus punt is al maanden het terugdringen van de inflatie.
Echter, de bankencrisis in de Verenigde Staten zorgde voor de nodige afleiding waardoor het opschroeven van de rente niet meer zo vanzelfsprekend leek. Door al deze gebeurtenissen staat de korte rente nu een stuk hoger dan de lange rente. Het verschil tussen de korte en lange rente wordt ook wel de ‘yield curve’ genoemd. Wanneer in het verleden de korte rente een periode hoger stond dan de lange rente, werd deze periode vaak opgevolgd door een recessie. Momenteel is het verschil tussen de korte en de lange rente het grootst sinds de jaren 80.
Ondanks de onrust in de bankensector hebben de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve de hoge inflatie nog altijd als hoogste prioriteit. Om deze terug te brengen naar het doel van 2%, wordt de (korte) beleidsrente nog altijd opgevoerd. Dit beleid roept de vraag op hoe de yield curve weer kan terugkeren naar het gebruikelijke patroon, waarbij de lange rente boven de korte rente ligt.
Onze obligatieportefeuille
Het verloop van de yield curve is van groot belang voor onze obligatieportefeuille. We spelen hier dan ook op in met onze actieve beleggingsstrategie. Zo hebben wij binnen het Perlas Total Return Fund maatregelen genomen om de portefeuille te beschermen tegen een stijgende lange rente.
Door het sterk inkorten van de gemiddelde looptijd, heeft een stijging van de lange rente geen invloed op de obligatieportefeuille. Ook hebben we onze positie aangepast door te kiezen voor meer kredietwaardige bedrijven ten opzichte van staatsobligaties. Op basis van deze strategie hebben wij met de huidige duratie van obligaties voor de komende zes jaar een rendement ingeboekt van 4,5% per jaar, als het lukt om faillissementen te vermijden.
Ook voor ons Perlas High Yield Fund hebben wij maatregelen genomen in relatie tot de verwachting dat de lange rente binnenkort oploopt. Op basis daarvan hebben wij met de huidige duratie van obligaties zelfs bij een faillissementspercentage van 1% voor meer dan drie jaar een rendement ingeboekt van bijna 5,5% per jaar.
Hoe Perlas een beter rendement voor u behaald
Ondanks de uitdagingen op de markt hebben wij vertrouwen in de toekomst. Door continu de markt te monitoren en onze posities actief aan te passen, kunnen wij extra waarde toevoegen aan uw portefeuille. Hoe wij dit precies doen kunt u terug vinden in onze uitgebreide eerste kwartaalrapportage van dit jaar. Hier gaan wij meer gedetailleerd in op de macro-economische ontwikkelingen van de afgelopen maanden. Daarnaast duiken wij dieper in onze beleggingsstrategieën en de vooruitzichten van onze fondsen, zodat wij ook de rest van het jaar meer rendement voor u kunnen behalen.